Wijziging Wet Bibob 2e tranche: verbetering informatiepositie bestuursorgaan

 30 september 2022 | Nieuws

Op 1 oktober 2022 treedt de 2e tranche de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob) in werking (Staatsblad 2022, 367). Met de 1e tranche werd al ingezet op een verruiming van de mogelijkheden om als overheidsorganisatie intern onderzoek te doen. Welke aanvullende mogelijkheden biedt de 2e tranche? In dit blog praten we je bij over deze wijzigingen.

Uitbreiding informatiepositie gemeenten

Wanneer een persoon bij de ene gemeente aanklopt voor een vergunning die op grond van de Wet Bibob wordt geweigerd, dan is de situatie nu dat die overheidsorganisatie die informatie niet mag delen met een andere gemeente. De geheimhoudingsplicht staat daaraan in de weg (artikel 28 Wet Bibob). Een gevolg hiervan kan zijn dat er een ‘waterbedeffect’ optreedt. De betrokkene kan de vergunning bij een andere gemeente proberen te krijgen. Of een zogenoemde ‘katvanger’ naar voren schuiven: zij laten de aanvraag indienen door een betrokkene, waarvan zij weten dat over deze persoon in het verleden positief geadviseerd is.

De 2e tranche wijziging van de Wet Bibob moet voorkomen dat een partij bij verschillende overheden aanklopt, totdat er op een gegeven moment een overheidsorganisatie is die de Wet Bibob niet toepast of de risico’s anders beoordeelt. Daarvoor wordt onder meer een meldplicht in het leven geroepen.

Meldplicht en Bibob-register

Op dit moment kan een bestuursorgaan er alleen maar achter komen dat er een beschikking of subsidie door een ander bestuursorgaan geweigerd is wegens een ernstig gevaar zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob, door het Landelijk Bureau Bibob (LBB) te vragen een extern onderzoek uit te voeren. Als het bestuursorgaan volstaat met een eigen onderzoek dan zal het er nooit achter komen hoe de risico’s door een ander bestuursorgaan zijn beoordeeld.

Na de inwerkingtreding van de 2e tranche Wet Bibob kunnen bestuursorganen informatie met elkaar en het LBB gaan uitwisselen. Bestuursorganen kunnen, wanneer zij na intern onderzoek concluderen tot een ernstig gevaar of indien een persoon zich terugtrekt, dit te melden bij het LBB (artikel 7a, zevende en achtste lid, van het wetsvoorstel – hier staat overigens geen sanctie op). Dit kunnen per zij per 1 oktober doen in het Bibob-register. In dit register leggen overheidsinstanties en het LBB gevaarsconclusies en meldingen van terugtrekkingen vast en kunnen overheidsinstanties onderling en met het LBB informatie uitwisselen. Vervolgens kan een ander bestuursorgaan deze informatie via het register raadplegen en bij zijn eigen beslissing betrekken (artikel 11a van het wetsvoorstel). Ook kunnen bestuursorganen de informatie rondom zakelijke relaties van een betrokkene voortaan delen met andere bestuursorganen (artikel 28, tweede lid, onder l, van het wetsvoorstel) en omgevingsdiensten (artikel 28, tweede lid onder n, wetsvoorstel).

Overige wijzigingen 2e tranche

Verder voorziet het wetsvoorstel in de mogelijkheid om:

  • Uitbreiding mogelijkheden tegengaan stroman-constructie
  • Hergebruik gevaarconclusies vijf jaar (in plaats van twee jaar)
  • Uitbreiding tipfunctie Officier van Justitie
  • Van de Belastingdienst informatie te krijgen over vergrijpboetes
  • De Wet Bibob kan voortaan ook worden toegepast bij sociale en andere specifieke diensten (zogenoemde SAS-diensten) die door overheden worden ingekocht
  • Mogelijkheid Bibob-onderzoek naar de verkrijger van voormalig overheidsvastgoed waarop een kettingbeding rust
  • Uitbreiding toepassing tot afwijken omgevingsplan (dit deel van de 2e tranche treedt pas in werking zodra de Omgevingswet in werking treedt)
Inwerkingtreding 2e tranche

De 2e tranche Wet Bibob treedt op 1 oktober a.s. in werking. Om u voor te bereiden op de wijzigingen, organiseren wij hierover op donderdag 10 november een webinar. Houd hier vooral onze LinkedIn-pagina voor in de gaten!

Op 1 oktober 2022 treedt de 2e tranche de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob) in werking (Staatsblad 2022, 367). Met de 1e tranche werd al ingezet op een verruiming van de mogelijkheden om als overheidsorganisatie intern onderzoek te doen. Welke aanvullende mogelijkheden biedt de 2e tranche? In dit blog praten we je bij over deze wijzigingen.

Uitbreiding informatiepositie gemeenten

Wanneer een persoon bij de ene gemeente aanklopt voor een vergunning die op grond van de Wet Bibob wordt geweigerd, dan is de situatie nu dat die overheidsorganisatie die informatie niet mag delen met een andere gemeente. De geheimhoudingsplicht staat daaraan in de weg (artikel 28 Wet Bibob). Een gevolg hiervan kan zijn dat er een ‘waterbedeffect’ optreedt. De betrokkene kan de vergunning bij een andere gemeente proberen te krijgen. Of een zogenoemde ‘katvanger’ naar voren schuiven: zij laten de aanvraag indienen door een betrokkene, waarvan zij weten dat over deze persoon in het verleden positief geadviseerd is.

De 2e tranche wijziging van de Wet Bibob moet voorkomen dat een partij bij verschillende overheden aanklopt, totdat er op een gegeven moment een overheidsorganisatie is die de Wet Bibob niet toepast of de risico’s anders beoordeelt. Daarvoor wordt onder meer een meldplicht in het leven geroepen.

Meldplicht en Bibob-register

Op dit moment kan een bestuursorgaan er alleen maar achter komen dat er een beschikking of subsidie door een ander bestuursorgaan geweigerd is wegens een ernstig gevaar zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob, door het Landelijk Bureau Bibob (LBB) te vragen een extern onderzoek uit te voeren. Als het bestuursorgaan volstaat met een eigen onderzoek dan zal het er nooit achter komen hoe de risico’s door een ander bestuursorgaan zijn beoordeeld.

Na de inwerkingtreding van de 2e tranche Wet Bibob kunnen bestuursorganen informatie met elkaar en het LBB gaan uitwisselen. Bestuursorganen kunnen, wanneer zij na intern onderzoek concluderen tot een ernstig gevaar of indien een persoon zich terugtrekt, dit te melden bij het LBB (artikel 7a, zevende en achtste lid, van het wetsvoorstel – hier staat overigens geen sanctie op). Dit kunnen per zij per 1 oktober doen in het Bibob-register. In dit register leggen overheidsinstanties en het LBB gevaarsconclusies en meldingen van terugtrekkingen vast en kunnen overheidsinstanties onderling en met het LBB informatie uitwisselen. Vervolgens kan een ander bestuursorgaan deze informatie via het register raadplegen en bij zijn eigen beslissing betrekken (artikel 11a van het wetsvoorstel). Ook kunnen bestuursorganen de informatie rondom zakelijke relaties van een betrokkene voortaan delen met andere bestuursorganen (artikel 28, tweede lid, onder l, van het wetsvoorstel) en omgevingsdiensten (artikel 28, tweede lid onder n, wetsvoorstel).

Overige wijzigingen 2e tranche

Verder voorziet het wetsvoorstel in de mogelijkheid om:

  • Uitbreiding mogelijkheden tegengaan stroman-constructie
  • Hergebruik gevaarconclusies vijf jaar (in plaats van twee jaar)
  • Uitbreiding tipfunctie Officier van Justitie
  • Van de Belastingdienst informatie te krijgen over vergrijpboetes
  • De Wet Bibob kan voortaan ook worden toegepast bij sociale en andere specifieke diensten (zogenoemde SAS-diensten) die door overheden worden ingekocht
  • Mogelijkheid Bibob-onderzoek naar de verkrijger van voormalig overheidsvastgoed waarop een kettingbeding rust
  • Uitbreiding toepassing tot afwijken omgevingsplan (dit deel van de 2e tranche treedt pas in werking zodra de Omgevingswet in werking treedt)
Inwerkingtreding 2e tranche

De 2e tranche Wet Bibob treedt op 1 oktober a.s. in werking. Om u voor te bereiden op de wijzigingen, organiseren wij hierover op donderdag 10 november een webinar. Houd hier vooral onze LinkedIn-pagina voor in de gaten!